Fine, finer, tiny
When it’s warm and vehicles clog city streets, you notice it particularly strongly: fine dust – tiny particles, no more than ten micrometres in size, whizzing freely through the air.
They are produced, for example, by exhaust fumes from cars, heating plants, stoves and heaters. Other sources are tyre abrasion, construction dust or agriculture. Some fine dust even comes from nature, for example as a result of soil erosion.
Depending on how big the particles are and how deep they get into our bodies, they can harm us. To protect health, there are limit values that must be complied with: The daily limit is 50 micrograms per cubic metre of air – also here in Osnabrück.
Fijn, fijner, miniem
Wanneer het warm is en voertuigen de straten van de stad verstoppen, merk je het extra sterk: fijnstof – minuscule deeltjes van niet meer dan tien micrometer groot die vrij door de lucht suizen.
Ze worden bijvoorbeeld geproduceerd door uitlaatgassen van auto’s, verwarmingsinstallaties, kachels en verwarmingstoestellen. Andere bronnen zijn bandenslijtage, bouwstof of landbouw. Sommige fijne stofdeeltjes komen zelfs uit de natuur, bijvoorbeeld als gevolg van bodemerosie.
Afhankelijk van hoe groot de deeltjes zijn en hoe diep ze in ons lichaam komen, kunnen ze ons schaden. Ter bescherming van de gezondheid zijn er grenswaarden die moeten worden nageleefd: De dagelijkse limiet is 50 microgram per kubieke meter lucht – ook hier in Osnabrück.